We spraken met Anicia Touraine Andersson, een PhD onderzoeker van de Universiteit Twente, die haar onderzoek 'Unlocking Collaboration in Hydrological Risk Governance: The Role of Knowledge Management Practices in Facilitating Social Learning' uitvoert in het kader van ons programma. We bespraken de potentiële impact van haar werk op het verbeteren van regionale klimaatstrategieën door betere grensoverschrijdende samenwerking en hoe dit kan helpen bij het definiëren van gezamenlijke doelen voor klimaatadaptatie ondanks de onzekerheden die voor ons liggen.
Welkom Anicia, bedankt dat je ons wilt vertellen over je werk. Kun je in het kort het hoofdonderwerp van je promotieonderzoek beschrijven?
Mijn onderzoek richt zich op mechanismen die grensoverschrijdende samenwerking in overstromings- en droogtebeheer verbeteren. Nu klimaatverandering nieuwe onzekerheden met zich meebrengt, is het van cruciaal belang om veerkrachtige praktijken op stroomgebiedschaal te implementeren. Effectieve samenwerking houdt vaak meer in dan alleen het delen van kennis; het vereist het ontwikkelen van gedeelde probleemdefinities die geïntegreerde oplossingen mogelijk maken. Mijn werk zal onderzoeken hoe kennisbeheerpraktijken - specifiek met betrekking tot technische kennis zoals modellen, kaarten en voorspellingen - samenwerking kunnen bevorderen en sociaal leren binnen grensoverschrijdend waterbeheer kunnen stimuleren.
Wat motiveerde je om te promoveren en waarom in dit onderzoeksgebied?
Mijn keuze voor een PhD kwam voort uit een sterk geloof in empirisch onderbouwd beleid, dat ik voor het eerst onderzocht tijdens mijn master in overheidsbeleid, gespecialiseerd in risico's en kwetsbaarheid. Ik werd diep geïnspireerd door professoren die beleidsrelevant onderzoek deden op het gebied van risicobeheer en klimaatadaptatie. Toen ik zag hoe hun werk bijdroeg aan beslissingen in de echte wereld, motiveerde dat mij om op een vergelijkbare manier een bijdrage te leveren.
Is er een specifieke geografische component te vinden in je onderzoek?
Ja, mijn onderzoek richt zich specifiek op grensoverschrijdende regio's, oftewel gebieden waar rivieren politieke grenzen overstijgen. Ik ben van plan om te beginnen met casestudy's om de dynamiek van grensoverschrijdende samenwerking te onderzoeken, waarbij ik me in eerste instantie richt op stroomgebieden zoals de Vecht en de Roer voordat ik de grotere Benelux-plus regio onderzoek.
Welke specifieke doelen wil je bereiken met je huidige onderzoek?
De kerndoelstelling van mijn onderzoek is om te ontdekken hoe kennismanagementpraktijken doelbewust kunnen worden ontworpen en toegepast om sociale leerprocessen te verbeteren en zo de samenwerking te verbeteren. Dit omvat een diepgaand begrip van kenniscreatie, -deling, -gebruik en -evaluatie tijdens de hele rampenrisicomanagementcyclus op verschillende bestuursniveaus.
Welke kansen en uitdagingen zie je bij het uitvoeren van je onderzoek in een grensoverschrijdende context?
Ik zie fantastische mogelijkheden om in contact te komen met verschillende belanghebbenden en te leren van hun expertise, waardoor ik inzicht krijg in de uitdagingen die inherent zijn aan grensoverschrijdend werken. De kennis die ik met dit onderzoek opdoe, zal mijn toekomstige inspanningen inspireren, vooral als het gaat om de politieke en geografische dimensies van het beheer van natuurlijke hulpbronnen.
Hoe past je onderzoek binnen de samenwerkingsverbanden tussen regionale overheden en academische instellingen?
De synergie tussen academische instellingen en regionale overheden is een centraal thema in mijn onderzoek. Ik wil onderzoeken hoe we de impact van academische bevindingen op regionaal overstromings- en droogtebeheer kunnen vergroten door de processen van kennisproductie en -verspreiding te stroomlijnen om effectieve samenwerking te ondersteunen.
Op welke manieren heeft je onderzoek volgens jou invloed op de beleidsvorming?
Ik denk dat succesvolle uitkomsten van dit onderzoek de samenwerking tussen belanghebbenden kunnen verbeteren. Dit kan leiden tot betere beheerspraktijken voor overstromingen en droogte en tot maatregelen voor klimaatadaptatie op stroomgebiedschaal binnen grensoverschrijdende regio's. Uiteindelijk hoop ik een overgang naar een meer geïntegreerde aanpak van grensoverschrijdende rampenbestrijding te ondersteunen.
Naar welke interacties kijk je uit, gezien de grote verscheidenheid aan belanghebbenden die betrokken zijn bij JCAR ATRACE?
In mijn onderzoek, met name de casestudies, kijk ik ernaar uit om solide relaties op te bouwen met belanghebbenden op verschillende bestuursniveaus in de Nederlandse, Duitse en Belgische regio's. Ik kijk ernaar uit om van hun ervaringen te leren. Ik kijk ernaar uit om van hun ervaringen te leren en samen te werken om de uitdagingen aan te pakken waar we samen voor staan in grensoverschrijdend waterbeheer.
Welke langetermijneffecten zie je voor jouw onderzoek op regionale klimaatstrategieën?
In het beste geval voorzie ik dat de bevindingen van mijn onderzoek zullen leiden tot een betere samenwerking over de grenzen heen. Door een sterke grensoverschrijdende afstemming voor rampenrisicobeheer en klimaatadaptatie kunnen we geïntegreerde oplossingen ontwikkelen op stroomgebiedniveau, waardoor we beter bestand zijn tegen klimaatextremen.
Welke wetenschappelijke of technologische doorbraken hoop je tegen te komen tijdens je PhD?
Ik hoop inzicht te krijgen in specifieke kennismanagementprocessen die cruciaal zijn voor effectieve samenwerking. Dit zou leiden tot praktische en toepasbare aanbevelingen die niet alleen de Benelux positief zouden kunnen beïnvloeden, maar ook daarbuiten.
Wat zijn enkele uitdagingen die je verwacht als de klimaatomstandigheden blijven veranderen? En hoe zie je dat jouw onderzoek zich aanpast aan deze veranderende uitdagingen?
Ik verwacht dat de effecten van klimaatverandering zullen leiden tot grotere onzekerheid over hydrologische extremen. Kwesties als watertekorten kunnen leiden tot politisering van deze problemen. Politieke spanningen kunnen de samenwerking ernstig belemmeren, wat resulteert in een geïsoleerde aanpak van hydrologisch beheer. Daarom wil ik met mijn onderzoek grensoverschrijdende oplossingen ondersteunen, door gezamenlijke probleemdefinities en gedeelde doelen voor klimaatadaptatie over politieke grenzen heen te vergemakkelijken, wat helpt om de samenwerking in zulke uitdagende tijden in stand te houden.
